Een dag eerder was me een plaats opgevallen langs het Mývatn waar ik zeker eens wilde stoppen. Via de parkeerplaats konden we naar het meer wandelen, dwars door een landschap dat veel weg had van een ruïne van een middeleeuws kasteel. We konden er naar het water wandelen, maar keerden al snel terug toen we zagen dat er wederom een hele bus toeristen uitstapten. We zetten koers langs de modderpoelen op weg naar onze eerste geplande stopplaats.
Wanneer we daar aankwamen, wisten we even niet goed wat we zagen. Rondom ons kleurde alles rood: al het lava gesteente was knalrood met hier en daar wat paarse vlekken. Het plateau gaf een prachtig zicht op Hafragilsfoss, al was dat uitzicht van korte duur: een hardnekkig dikke mist kwam ons vergezicht vertroebelen en werd hardnekkiger naarmate we hoger begonnen klimmen. Vreemd is dat toen we op het hoogste punt aankwamen, de mist even plots verdween als ze was komen opzetten, waardoor het prachtige uitzicht zich onthulde net zoals het doek in een toneelstuk wordt opengeschoven. Het kleurenpallet van het rode gesteente aan onze kant, het donkergrijs aan de overkant en dat gemengd met plukjes groene vegetatie en het blauw van de rivier beneden, snoerde ons de mond even.
We zijn er een behoorlijke tijd blijven staan kijken om dan verder te rijden naar Dettifoss, een eind verder stroomopwaarts. Deze waterval heeft zo’n kracht dat het opspattende water alleen al genoeg was om een mistige sluier te werpen en ons vooral goed nat te maken naarmate we dichterbij kwamen. Van hieruit vertrekt een wandeling naar Selfoss die in onze reisgids beschreven stond als optioneel en wij dus zeker wilden gedaan hebben. De 1,5km lange wandeling was best moeilijk door de rotsachtige ondergrond. Weinig toeristen kwamen naar hier en oh wat hadden die ongelijk. Selfoss is mogelijk nog mooier en specialer dan alle andere watervallen die we tot hier toe hebben gezien. De speciale vorm die de waterval zo speciaal maakt, is op satellietfoto‘s erg goed te zien.
Met een geweldig gevoel keerden we terug naar de wagen. We hebben er eerst een hapje gegeten en trokken dan richting een heel complex van kraters die de Krafla vulkaan heeft gemaakt. Volgens Tine zou één van die kraters nog roken van de uitbarsting in 1984, hetgeen ik uiteraard niet geloofde. Om in de krater te komen, moesten we eerst door de sneeuw ploeteren, een houten pad beklimmen dat vooral erg stuk was gevroren om dan via een prachtig geel landschap terecht te komen in de donkergrijze krater die… nog aan het roken was van de vorige uitbarsting. De ondergrond was effectief nog warm en de paarse slierten gesteente hingen langs alle kanten als gesmolten plastic aan de wand van de berg. Het ruwe, chaotische landschap waar we in terechtgekomen waren, schreeuwde ons toe en maakte ons net angstig genoeg om maar een klein stukje in de krater te wandelen. Het leek alsof de vulkaan elk ogenblik opnieuw kon uitbarsten…
Heel anders is z’n buur, de ronde Viti krater die gevuld is met helblauw water. Ook daar zijn we niet helemaal rond geweest. Ten eerste omdat het al redelijk laat begon te worden en ten tweede omdat de rand van de krater op bepaalde plaatsen maar amper anderhalve meter breed was en met tientallen meters afgrond langs weerszijden en de hevige wind, gaf dat niet bepaald een erg comfortabel gevoel.
Deze wederom prachtige en ongelooflijk gevulde dag zijn we gaan verwerken, rustig wekend in het 38 graden warme, met mineralen doordrongen water van de Mývatn Nature Baths. Deze mineraalbaden zijn net als de Blue Lagoon maar dan goedkoper, midden in de natuur en minder gecommercialiseerd. En daardoor waarschijnlijk nog dat tikkeltje meer relaxerend…
Hey, knappe foto’s! Dat zijn wel watervallen om “U” tegen te zeggen hé. Zeg, die foto’s van dat blauwe ijs en blauw water… ik heb gelezen dat blauw ijs ontstaat wanneer sneeuw op een gletsjer valt en wordt samengeperst zodat het onderdeel wordt van de gletsjer. Gedurende de reis afwaarts van de gletsjer worden alle luchtbellen eruit geperst en neemt de grootte van de ijskristallen toe zodat ze helderder worden.
Het ijs is om dezelfde reden blauw als dat water blauw kan zijn, namelijk door de absorptie van rood en geel licht zodat blauw licht overblijft. Deze absorptie vindt plaats door hydroxylgroepen. Dit gebeurt echter pas nadat het licht een lange weg (ca. 1 m) al heen en weer kaatsend door het ijs heeft afgelegd.
groeten