2010-05-12 22:39:27
Het bericht van gisteren was nog niet koud of de muziek stopte. Om 23u toch. Wat er daarna gebeurd is, weet ik niet, maar Tine zei iets over snurken ofzo. Wel verbaas ik me erover dat ik toch echt goed heb geslapen in een bed dat zo hard is als een plank. En dat bedoel ik vrij letterlijk. Wat ze in die matras hebben gestoken, het lijken net twee triplexplaten waartussen ze wat spons hebben gestoken. Keihard.
Klaarmaken ging nog niet zo vlot, waardoor we met een beetje vertraging aankwamen bij de ontbijttafel. Buffet en eenvoudig. Na het ontbijt naar de auto gespurt – dat wil zeggen: voorzichtig, de auto staat namelijk 40 meter lager dan waar het hotel ligt – en koers gezet naar een eerste bezienswaardigheid. De Pantocrator berg, meteen ook het hoogste punt van Corfu waarop dus één of ander televisie- en/of radiostation zijn mast heeft neergeplant. Tussen hier en ginder zijn we een aantal keer gestopt, gepland en ongepland, om van het uitzicht te kunnen genieten. Want weet goed: als foreign driver moet je hier supergoed op de weg letten. “Weg”, dat is hier meestal iets dat tussen een bergwand en een ravijn ligt en ongeveer 1,4 auto breed is. Erg leuk wanneer je tegenligger een dertigtonner is. En hier en daar hebben ze een paar huisjes neergeplant. Mooi en authentiek, je ziet meteen de gelijkenissen tussen Haïti in zijn huidige staat of één of andere Indische sloppenwijk. Een eerste geplande tussenstop is Kassiopi waardoor we konden vaststellen dat er behalve ons hotel toch nog beschaving was in Corfu. We konden er zelfs inkopen gaan doen tegen een prikje en een hapje eten ‘s middags, om vervolgens even naar de burcht te klimmen die er daar wat hoger geruïneerd bijligt. Maar gezien er niet veel meer te zien was dan vier muren, een paar verroeste vaten en een olijfboomgaard, zijn we vrij snel terug naar beneden geklommen en onze tocht naar Mount Pantocrator verdergezet.
Die tocht verliep stijl omhoog en in eerste of tweede versnelling en eindigde in wegenwerken. Wat ze precies deden, is me niet duidelijk. Men had een kabelgoot in de weg geboord, daar een oranje net in gelegd en ik dacht dat er ook nog een kabel in zou horen, maar blijkbaar gooiden ze dat nadien gewoon terug vol beton. Hoe dan ook, Tine had gelezen dat je daar toch niet verder naar omhoog mocht en blijkbaar kreeg ze gelijk. Een verkeersbord verbood ons verder door te gaan en wat hoger zag je duidelijk waarom: de weg was zo smal dat er net een Fiat Panda (het gebutste type dat je hier redelijk veel ziet) over kon. Een tegenligger zou fataal zijn. We zijn bijgevolg ook te voet verder geklommen. Een half uurtje klimmen en dat was dan nog lang omdat we regelmatig zijn gestopt voor foto’s en uitzichten.
Bovenop het hoogste punt van het eiland blijkt dat ze naast een televisie/radio-mast ook nog zowat zestig andere antennes hebben geplaatst. De grootste mast staat pal in het binnenplein van een kloostertje, waar blijkbaar zelfs een pastoor aanwezig is tijdens de zomer. De man gebaarde ons dat we binnen mochten komen op het domein, maar echt binnen in het kerkje zijn we niet geweest, gezien het meer leek op de woonst van mijnheer pastoor. Hier zie je een groot stuk van het eiland, maar ook van de eilanden rondom. Of het vaste land dat zo dichtbij ligt, dat zelfs Mobistar nu denkt dat ik in Albanië ben geweest en ze nog meegegaan is ook. Uiteraard hebben we ons daar hoog op die berg een ijsje en milk-shake gegund om daarna terug huiswaarts te rijden.
Altijd heb ik gedacht: eender waar je belandt, je GPS brengt je terug naar huis. Dat geldt echter niet in Corfu. Daar leidt de GPS je naar een afgelegen smal kiezelzandweggetje waar je jezelf vast rijdt en waar je vervolgens moet proberen te draaien zonder een afgrond in te rijden. Erg spannend allemaal, maar ik ben wel heel blij dat we uiteindelijk de beslissing namen om niet meer op de GPS te vertrouwen en de grote weg opnieuw op te zoeken. En vooral: de wegbewijzering volgen. Dat brengt je pas echt terug thuis…